Verhalen van, voor en over kwekers
Zangkanaries kweken en houden
Verhaal van Ad Damen Utrecht 24-10-2021
Hallo AllemaalIk ben Ad Damen, lid van de EUKV woonachtig in Utrecht en 59 jaar.
Mijn hobby is vogels houden en kweken.
Momenteel kweek ik al 5 jaar waterslagers.
Ik kweek witte en gele waterslagers en wat mij aantrekt in deze vogels is de zang.
De meeste kwekers houden hun vogels binnen, helaas is dat bij mij niet mogelijk.
Bij mij zitten ze buiten, zomer's en in de winter en dat zie je op begevoegde foto's.
ik probeer er altijd een stuk of 30 te kweken en hoop dat er minimaal 8 mannen bij zitten, maar dat heb je natuurlijk niet in de hand.
Het koppelen van de vogels doe ik meestal in maart en bij koud en slecht weer iets later.
Ik gebruik geen extra licht en verwarming, kortom een echte koud-broeder, ik laat de natuur z'n gang gaan.
Je krijgt hierdoor sterke en gezonde vogels met een mooie bevedering.
Ja en dan het africhten is best wel een gedoe, maar ook wel leuk, je bent zo altijd met je vogels bezig.
Omdat ik nog werk heb ik minder tijd, maar toch probeer ik ze zo goed mogelijk af te richten.
Soms vraag ik de oudere waterslagerkwekers om advies.
Ik doe mijn best om een zo goed mogelijke vogel te kweken en het blijft een leuke hobby.
Groetjes A.A. Damen kweker van waterslagers.
Verhaal van Henk Doward Leerdam 05-10-2021
Het is al zo'n 50 jaar geleden dat ik gestart ben met het kweken van waterslagers.Ik wist toen nog niet precies wat zangkanaries waren.
Door met kwekers hierover te praten, kwam ik hier al snel achter, zij vertelden mij wat een zangkanarie was.
Ik heb toen aan een kweker gevraagd of ik een keer bij hem thuis mocht komen kijken en hij vond dat een goed plan.
Dat heb ik gedaan en hij gaf mij de nodige tips.
Het was een lust voor het oog om te zien hoe het e.e.a. in z'n werk werk ging.
De vogels werden uit de zangkast gehaald en uitgezet.
De vogels begonnen bijna gelijk met zingen.
Tijdens het (af)luisteren vertelde hij veel over de zang en toonstukken zoals "klok.bol,rol en waterslag" en het "binnenlied" inhielden.
Ook vertelde hij over zangstructuur en hoe ik vogels moest koppelen om de juiste zangstructuur te krijgen.
Na heel lang gepraat te hebben over de vogels vroeg hij of ik met deze soort zangvogels wilde gaan kweken en nadat ik ja zei, meteen wat vogels bij hem besteld.
Ik ben begonnen met 2 koppels.
in het eerste jaar heb ik 6 jongen gekweekt.
Hij vertelde mij hoe ik ze moest africhten.
Maar de eerste 2 jaren ging het nog niet zo geweldig.
Tijdens het koffiedrinken op een tentoonstelling, zei een vriend mij, daar zit een keurmeester van de zang.
Ik sprak hem aan en stelde mij voor en vertelde hem dat ik net begonnen was met waterslagers.
Hij nodigde mij uit om een keer te komen luisteren en verder te praten over waterslagers.
Dat heb ik gedaan en het was geweldig en leerzaam.
Wederom vogels besteld en hij stelde de koppels voor mij samen.
Met met de jongen die ik kweekte werd ik bij de TT in Utrecht, in december van dat jaar, kampioen.
Het ging steeds beter.
Zo zie je dat door praten met kwekers die dezelfde vogels bezitten en kweken, je nodige ervaring opdoet die je verder brengt in deze mooie tak van sport.
Groeten Henk Doward(waterslagerkweker)
Kweekverhaal van Alfons uit 2021
Beste vogelliefhebbers.Het is toch zo stil bij de E.U.K.V. , de corona loopt hopelijk op zijn einde en dus kunnen wij er weer tegen aan met de show en de vogeltjes en hier en daar een praatje maken over onze hobby.
Ik ben met de kweek begonnen en morgen komen de eerst eieren uit.
Het ging weer vlot met het koppelen , er was 1 koppel dat niet wilde en elkaar ook niet wilde leren kennen , maar ik heb ze een klein handje geholpen en nu broeden deze ook en heel goed.
Wat ik gedaan heb , ik voer mijn vogels altijd in de kooi zelf , 1 bakje met zaad en 1 bakje met eivoer en wild zaad, bij dit koppel heb ik 1 bakje weg genomen en in dat ene bakje had ik zo weinig eten in gedaan dat ze juist eten hadden voor 1 dag of zelfs net niet genoeg en wat ik dacht gebeurde ook na 3 dagen zaten ze gelijk te eten uit 1 bakje,en na 6 dagen sliepen ze naast elkaar op de stok.
Het is natuurlijk altijd afwachten maar als de vogeltjes in orde zijn kunnen ze veel.
Ik had nog een ander koppel dat ging heel goed tot dat na veertien dagen het nestkastje aan de kooi hing , toen was het niet zo leuk meer de pop vecht met de man deze mocht niet aan het nestkastje komen , met dit koppel heb ik het zelfde gedaan als met het vorige koppel en ook dit koppel broed nu ook goed en maakt geen ruzie meer in de kooi.
Ik speen mijn jonge vogels altijd als ze 14 dagen uit vliegen en geen dag langer , en dat gaat prima , heb nooit een dode vogel bij het spenen.
Maar als er 1 jongen uit vliegt de dag er na moeten al de jongen uit het nest kastje , want het gebeurd dat er nog 2 a 3 jongen 3 a 4 dagen in de nest blijven hangen en dat zet alleen maar achter uit bij het zelfstandig worden.
Je zal zien na 2 dagen zitten de jongen al mee te eten met de ouders , dat wil niet zeggen dat ze dan al voldoende eten binnen krijgen maar dat geeft niet want de ouders voeren de jongen toch nog.
Het is de bedoeling om zo snel mogelijk het aan te leren hoe ze het zaad moeten eten.
Als de jongen gespeend zijn dan geef ik ook trosgierst bij en dan hebben ze hun bezigheid en zachte zaad.
Als de jongen gespeend zijn dan zet ik ook een schoteltje met water er bij in het midden van de vlucht kooi , 2 hele dagen en 3 halve dagen en geen problemen om het water te vinden want het drinkflesje hangt ook aan de kooi.
En zo ga ik de kweek en de winter door , als je hier en daar een handje wil helpen komt het vaak goed , maar er kruip wel wat tijd en geduld in maar een vogeltje is voor mij een vogeltje en geen voorwerp, als ik het kan een vogeltje helpen doe ik dat heel graag .
Beste liefhebbers schrijf ook eens hoe jullie het doen , vast heel anders en dat zal ook wel goed zijn .
Beste vogel groetjes Alfons.
Vogelbelevenis
Enkele weken terug bood ik mijn warmte kooi aan via het bekende kanaal.Kreeg diverse reacties en biedingen erop.
Tot er iemand kwam met het bod waar ik akkoord mee ging.
Enkele dagen later een afspraak gemaakt om de kooi op te halen.
Op de desbetreffende dag stond keurig op tijd de persoon voor de deur voor de kooi.
Nam hem mee naar boven om de kooi te bekijken en had nog wat andere spulletjes op vogelgebied in de aanbieding.
Hier kwam ik erachter dat de man grote putters kweekte en in grote aantallen en woonachtig was in de omgeving van Utrecht.
Ik vertelde hem hoe ik een twintigtal jaren putters gekweekt had en hij luisterde zeer geïnteresseerd.
Ging over voedering, nachtlampjes, kunst stofgaas enz.
Op een gegeven moment vertelde hij dat hij al handenvol jonge vogels had weggegooid in de afgelopen jaren, vogels die bij thuiskomst voor doodlagen in de lade of kooibodem.
Ik hoorde dat allemaal eens aan en vertelde hem dat vaak deze jonge vogels niet dood zijn, maar door het niet krijgen van de nestwarmte dood lijken en als het te lang heeft geduurd inderdaad dood zijn, maar dat gebeurt vaak pas na enkele uren.
Vertelde hem dat je dan van je hand een kommetje moet maken, jonge vogel in de handpalm, andere hand erover heen en tussen duim en wijsvinger een opening moet houden, hierdoor blaas je warmte op de jonge vogel en je zult zien dat heel vaak het leven terugkomt in dat kleine vogeltje en ze weer gaan sperren in je hand.
Dan snel terug leggen bij de pop en binnen een paar minuten zie je geen verschil meer met de andere jongen.
Reden is vaak te vroeg ringen, pop denkt dat er vuil of ontlasting in het nest ligt en gooit de ring met hieraan het jong uit het nest.
Vaak gooien de Putter mannen de jongen uit het nest, ik zette zelf altijd de mannen in een TT-kooi in de vlucht en liet deze er weer bij als de jongen in de stoppels kwamen.
Stelregel is jongen ringen als de eerste mest op de rand van het nest ligt.
Een jonge vogel blijft ook wel eens plakken aan de pop, of wordt in het gedrang bij grote nesten uit het nest gewerkt door de rest van de familie.
Ik vertelde hem dit en hij stond me met grote ogen aan te kijken, nooit van gehoord zei hij en hij ging het zeker uitproberen.
Zo zie je maar, dat wat voor de een de normaalste zaak van de wereld is voor de ander een totaal nieuw iets is.
Dit is natuurlijk maar een klein voorbeeld van praktische dingen die voor veel liefhebbers normaal zijn.
Dus het is erg belangrijk zuinig te zijn op de mensen in de vereniging die vanuit de praktijk deze ervaringen kunnen delen en niet alleen vanuit een boekje of het internet.
Ik vond het persoonlijk een leuke ervaring en vooral omdat deze persoon met een ervaring rijker de deur weer uitging.
Groeten Freek.
Het kweken van Europese vogels m.b.v. toevoegingen uit de natuur, in de vorm van onkruiden en insecten.
Jaren geleden begon ik naast mijn postuurkanaries de z.g. Wildzang te houden,7 soorten waren toegestaan in die jaren. T.w. Merel, Groenling Sijs, Vink, Putter, Kneu en Geelgors.Zie hieronder de wetgevingseisen uit die jaren.
Bij het verschijnen van de standaard Europese Cultuurvogels in 1996 en bij het goed functioneren van een standaard hoort een periodieke herziening.
Niet alleen de vogelliefhebberij is voortdurend in beweging.
Er komen nieuwe kleurslagen bij, dan wel blijkt in de praktijk, dat reeds beschreven kleurslagen niet geheel juist zijn omschreven of zich verder hebben ontwikkeld.
Ook de wetgeving is aan verandering onderhevig.
Enkele jaren geleden werd de “K-ringen regeling” door het huidige Ministerie van Landbouw en Visserij opnieuw door een voor ons zeer acceptabele regeling vervangen.
Iedere bonafide liefhebber, boven de 18 jaar, kan thans onder bepaalde voorwaarden voor de in zijn bezit zijnde eigen kweek “Cultuurvogels” * Vink * Putter * Sijs * Kneu * Groenling * Geelgors * Merel - mits geringd met een van bondswege verstrekte, goed passende, gesloten voetring waarop is vermeld: - het kweeknummer van de betrokken vogelhouder - het jaartal en - een volgnummer een vervoersvergunning verkrijgen.
De nieuwe vervoersvergunning dekt niet alleen het vervoer van de daarop vermelde vogels naar en van de tentoonstellingen, maar ook het vervoer van één of meerdere van de daarop vermelde vogels naar een nieuwe eigenaar.
Een voor de “Europese Cultuurvogel”, voorheen “wildzangvogel” genoemd, zeer positief uitgevallen wijziging dus.
Hierbij werd de mogelijkheid geschapen je eigen kweek vogels in te brengen op de diverse tentoonstellingen, je diende dan een kopie van de vervoersvergunning in te leveren bij de organiserende TT-secretaris.
Dit was de z.g. K-vergunning.
Vogels mochten ook niet te koop aangeboden worden alleen ter overdracht.
Ik ging proberen te kweken met kleine putters en dat ging na veel vallen en opstaan best aardig, later schakelde ik over op de Majoor Putter en dat verliep over het algemeen wel goed.
In de winkels was niet zoveel bijzonders te koop voor de inmiddels Europese Cultuurvogels genaamde wildzang.
De beroemde mengeling wildzang met de ongeveer 7 zaden was het meest algemeen en dit was niet toereikend voor de meeste vogels.
Gelukkig kwam hier al snel verandering in, met medewerking van diverse gerenommeerde kwekers werden ervoor bijna alle rassen een passende zaadmengeling samengesteld,er zijn zelfs zomer en wintermengelingen.
Onkruidzaden:
Ik en veel medeliefhebbers hadden er naast de vogels nog een extra hobby bij gekregen,n.l het verzamelen van de diverse onkruidzaden en insecten.
Vroeg in het voorjaar het veld in op jacht naar de eerste zaadknoppen van o.a. Klein Kruiskruid, Paardenbloem,Weegbree,Boerenwormkruid.Perzikkruid, Herderstasje, Zuring en Muur werden rijkelijk geplukt en gevoerd.
Weet dat in de natuur door de vogels bijna geen rijpe zaden worden gegeten alleen halfrijpe zaden.
Wilde Kamille werd in bosjes opgehangen in het vogelverblijf en gedroogd onder de nesten gedaan ter bestrijding van de gevreesde bloedluis.
Vergeet de koppen van brandnetel niet, vol met zaden en vaak bladluis.
V.l.n.r. Herderstasje, Boerenwormkruid, Muur en Paardebloem.
Insecten:
Ook werden er de nodige insecten gevangen o.a. Voor de putters, sijzen, groenlingen en goudvinken, werd er de nodige weideplankton geoogst.
Voor het vangen van wolfspinnen werd er een val gemaakt van perspex en liep ik de slootkanten af en ving zo de nodige spinnen, mijn kleine goudvinken waren er gek op.
Met tientallen te gelijk liepen ze in de val.
De tuinman van de Paardenkathdraal Dirk van Dijk, was erg blij als ik weer met een grote pot aankwam en hem verloste van de nodige huisjes slakken, deze werden op de lijstersmidse (een grote zwerfkei) kapotgeslagen door mijn zanglijsters en ontmanteld gevoerd aan hun jongen.
Op mijn tuin had ik ook de nodige mierenpoppen, werden gevoerd aan putters die maar niet in broedconditie wilde komen, een paar mierenpoppen deed dan vaak het werk, let op wel voeren met mate.
Ook nam ik wel eens verse poppen mee voor de zanglijsters, hierbij zaten ook levende mieren en het viel op dat de zanglijsters samen in de bak gingen en de mieren toegang gaven tussen hun bevedering, de veren hoorde je dan gewoon ritselen.
Later bedacht ik me, dat ze waarschijnlijk de mieren hun mierenzuur lieten sproeien, zodat de lijsters verlost werden van ongewenste bezoekers in hun verenpak (o.a. Bloedluis enz.).
Midden zomer deed ik vaak een dikke trui aan en dook de brandnetels in, een lege cede emmer, handschoenen aan en de brandneteltoppen leegschudden, zaten vaak dik onder de bladluis en spinnetjes, torretjes enz.
Voerde deze vers aan vogels met jongen en deed de nodige bakjes hiervan in de diepvriezer.
Weet dat je Europese prima kunt bijvoeren met muggenlarven, watervlooien enz.
Het vangen van insecten en het plukken van de diverse onkruiden wordt zo bijna een hobby in een hobby, voordeel je bent veel in de natuur en leert ook over de insecten en wilde onkruiden.
V.l.n.r. Huisslak, Wolfspin en Bladluis.
Op deze manier vogels houden creëerde ook een extra hobby erbij, nl. Het verzamelen van diverse onkruiden en insecten.
Ja sommige tikten wel eens op hun voorhoofd als ze hoorde hoe ik bezig was en het veld, tuin inging, maar de vogels betaalde mij dik terug voor alle gedane moeite.
Het grote geld.
Jammer is het en natuurlijk onvermijdelijk, dat ook bij de Cultuurvogels het grote geld heeft toegeslagen, sommige vogels worden onbetaalbaar voor de gewone man.
De prijzen doen je schrikken, je betaalt vaak de hoofdprijs voor vogels vol met medicijnen en die vaak grootgebracht zijn door kanaries.
Kwekers hebben hele batterijen met pleegouders klaar staan, let wel de goede uitgezonderd.
Ik zelf heb nooit zo vogels willen houden, mijn vogels moesten zelf de eieren uitbroeden en de jongen grootbrengen en ja dan sneuvelt er wel eens een vogeltje.
Tot slot nog wat tips, doe er mee wat je wilt.
1: Met cultuurvogels beginnen, bezoek de TT van de speciaal clubs, leg contacten met goede betrouwbare kwekers en koop daar je vogels.
2: Wordt lid van een speciaalclub,het woord zegt het al hier zitten de specialisten.
3: Koop geen vogels op beurzen, doe je dit toch controleer de ringen op breuk enz.
Er zijn nog veel overgeringde,dus gevangen vogels op de diverse vogelbeurzen.
4: Let op dat de vogels in een uitmuntende conditie zijn, weet dat de kliko geduldig is.
5: Koop een goede zaadmengeling, laat je informeren door de vorige eigenaar van de vogels hierover.
6: Bereid je voor op de nodige teleurstellingen in de kweek, door ervaring op te doen leert men.
7: Begin met de wat goedkopere rassen, Groenling, Sijs, Barmsijs, zijn mooie vogels om de nodige ervaring mee op te doen.
Deze manier van vogels houden heeft me altijd het nodige plezier opgeleverd, samen met mijn vogelmaat Rinus het land door, vogels kijken, leren en natuurlijk een biertje erbij.
Ik hoop op deze manier weer mijn bijdrage geleverd te hebben voor onze website.
Nu is het eens tijd voor anderen wat op papier te zetten, als je het moet geloven is er erg veel kennis in de club, dus kom maar op met je vogelervaringen, er zijn altijd mensen die er wat van kunnen opsteken.
Sportgroeten Freek Luider.
Interview met Jannes Rosendal voorzitter EUKV
Overgenomen uit het clubblad van Vogelvriend Leerdam.
In 2019 had Jannes op de Nationale Tentoonstelling in Leerdam de mooiste vogel van de show, een Agapornis Nigrigenis Euwing groen met maar liefst 95 punten.

Het was ook een plaatje van een vogel. Op andere tentoonstellingen heeft deze vogel het wisselend gedaan,tussen de 87 en de 92 punten. Het kan niet altijd feest zijn, maar het is wel een groot verschil.
KWEEKSEIZOEN 2020 Uit 7 koppels Nigrigenissen zijn 52 jongen gekweekt. Na 1 ronde zijn er een aantal stellen anders gekoppeld, maar in het totaal is er met vogels niet meer dan twee ronden gebroed.
Er zijn verschillende kleuren in het hok, zowel in de groen-als in de blauwserie.
In de toekomst wil Jannes alleen doorgaan met de wildkleur en een aantal kleuren daarbij, om die wildkleur te ondersteunen en zo nodig te verbeteren.
Bij meerdere vogel- WELKE KENMERKEN MOET EEN GOEDE AGAPORNIS NIGRIGENIS HEBBEN?
Een smal bandje boven de lichte rand van de snavel is een belangrijke eigenschap voor de Agapornis Nigrigenis.
Postuur is kort en blokvormig, grootte 13 - 14 cm.
En een kleine kopje.
Op de borst moet een driehoekig vlekje aanwezig zijn.
Op het voorhoofd boven de lichte rand van de snavel moet een smalle donkere rand zichtbaar zijn.
MET DE PAPLEPEL INGEGOTEN
Voor menig liefhebber herkenbaar, de omgang met dieren heeft Jannes van huis uit meegekregen.
Zijn vader had konijnen, postduiven, kippen en hij fokte ook af en toe een nest honden.
Die honden hadden een aparte plaats, vader heeft meer dan 70 jaar politiehonden afgericht!
Jannes had als 13-jarige jongen zelf al konijnen, klein zilvers.
De dierenhobby heeft zich voortgezet, ook na zijn huwelijk met Frida.
Die staat helemaal achter hem in de hobby en is ook zelf actief.
In de beginjaren van hun huwelijk, toen ze nog op een boerderij woonden, had Frida Rijnlandse krielen van tentoonstellingskwaliteit en nu nog heeft ze waterslager zangkanaries.
Die kunnen goed gezien en gehoord worden van het leuke zitje achter de voliere.
Vanaf die plaats ook nog uitzicht op de wijnranken van verschillende druivensoorten die veelbelovend volhangen met flinke trossen.
Frida en Jannes hebben ook nog lange tijd postduiven gehad en Frida heeft veel tijd besteed aan het laten vliegen van de jonge duiven.
In 2009 zijn ze na 15 jaren gestopt met de postduiven.
De overgang van de klok naar de chipringen maakte, in de ogen van Frida en Jannes, de voordelen van de grote postduiven liefhebbers ten opzichte van de kleinere te groot.
In het begin van hun huwelijk woonden Jannes en Frida op een oude boerderij en daarna in een flat, maar dat weerhield ze er niet van om vogels te houden.
In die tijd bonte Agaporniden.
Daarna is de huidige woning in Vianen betrokken en zijn er naast de postduiven, heel veel vogels gekweekt, Bleekkop Rosellas, standaard Grasparkieten, Bourke parkieten, Turquoisines en ook niet zonder succes.
Eind jaren tachtig zijn er kampioenschappen behaald op de landelijke tentoonstelling van de PSC in Veenendaal.
De eerste twee jaar met een Bourke parkiet, het derde jaar met een Turquoisine en het vierde jaar met een grijsgroene standaard Grasparkiet. Sterke prestaties, op een toen nog heel grote tentoonstelling!
NIET ALLEEN VOGELS Ja, Jannes is een actief mens.
Ook in sportief opzicht, hij heeft bij Brederode gevoetbald en is bij de VV Vianen jeugdtrainer geweest en heeft ook een poos het damesvoetbalteam getraind.
Waar heeft hij toch alle tijd vandaan gehaald?
LIDMAATSCHAPPEN Het blijft niet bij een lidmaatschap van de Vogelvriend in Leerdam.
Jannes is voorzitter van de Eerste Utrechtse Kanarie Vereniging, een club die al meer dan 110 jaar bestaat.
Verder is hij lid van de Parkieten Speciaal Club, de Neophema club, gastlid van de vereniging in Austerlitz, de Belgische BVA, club voor de Agaporniden en de Nederlandse Grasparkieten Club.
Met die laatste club gaat hij stoppen omdat hij geen Grasparkieten meer heeft.
Maar dan nog is het een eerbiedwaardig aantal lidmaatschappen.
Door al die persoonlijke inzet, weet Jannes maar al te goed hoe belangrijk het is, dat er vrijwilligers zijn.
Hij spreekt daar dan ook met grote waardering over, al die mensen die een steentje bijdragen aan het verenigingsleven!
De merelkooi

In het kader van onze nieuwe rubriek “geef de pen door aan” zal ik proberen de spits af te bijten.
Anders blijft het waarschijnlijk bij het verhaal van de heer “ Rien Boll”.
Zal proberen uit een te zetten hoe ik met vogels in contact ben gekomen.
Nu dat is eigenlijk niet zo bijzonder ,tegenwoordig wel maar in mijn jeugd was het houden van vogels ,duiven ,vissen , kippen , tropische visjes en konijnen erg algemeen en niets bijzonders.
Mijn opa (Akkie) van Welbergen had in de Hazelaarstraat 65 een slaapkamertje aan de achterkant van het huis in beslag genomen en daar een volière van gemaakt ,dus je liep binnen en liep gelijk tussen de kanaries.
Over het algemeen bonte vogeltjes, die prima verzorgt werden.
Kan me niet herinneren of hij lid was van een vereniging ,heb ik nooit iets over gehoord.
Mijn opa Luider had een volière in zijn tuin op Overvecht, daar was nu ruimte voor in de achtertuin.
Achter mijn opa’s oude woning aan de Arendstraat nr.5 (bij de Eligesteeg) liepen een partij kippen en duiven ,mijn opa en oma verkochten in die tijd dan ook volop verse eieren.
Er was ook een merel aanwezig in een grote kooi ,deze werd gehouden voor de zang.
Deze werd dan door mij schoon gemaakt en ook het zand in de volière werd iedere week gezeefd door mij ,was leuk werk.
Toen ik op de ambachtschool bezig was het vak van timmerman te leren ,heb ik mijn vrije tijd een nieuwe vlucht aan mijn opa’s volière gebouwd , helaas heeft mijn opa hier weinig van kunnen genieten ,enkele weken na het gereed komen hiervan overleed mijn opa.
Bij ons thuis waren er altijd dieren ,mijn vader fokte Vlaamse reuzen en er waren altijd zanglijsters.
Dit kan ik nu wel vertellen (verjaard) ,mijn vader was een echte stroper , altijd op pad ,wilde konijnen strikken , putters vangen enz. Zijn grootste hobby was vissen in verboden water.
Als kleine jongen gingen mijn broertje en ik al mee zanglijsters observeren , we kende iedere struik en boom op parken en begraafplaatsen.
Observeren waar de lijster van de gazons heen vlogen ,doorgeven aan pa en die ging wel even voelen in de nesten ,eieren volgende week terug ,jongen te klein paar dagen wachten.
Vaak kwam hij met 3 of 4 nesten tussen zijn bonkertje (drie kwarts jasje) thuis.
Deze werden dan gehuisvest in een grote lijsterkooi op onze slaapkamer,in iedere hoek een lijsternest,
Als mijn vader dan naar zijn werk was ,bracht mijn moeder de lijsters groot , kopje met universeel van Sluis ,wat rul gemaakt deed het werk.
De sperrende bekjes werden gevuld en gelijk werd het lepeltje snel omgedraaid om de ontlasting op te vangen.
Zodra mijn vader wist wat een manlijster was werd deze verkocht en dat wist hij al snel ,had dit gewoon in de vingers.
Poppen werden altijd los gelaten.
Veel mensen uit de Surinaamse gemeenschap kochten lijsters ,zelfs agenten van bureau tolsteeg kochten deze lijsters.
Ook was hij zeer bedreven in het aandoen van de z.g. broek bij de lokputters ,deze lokker zaten d.m.v. een z.g. broekje ,met een ringetje onder aan de buik vast in het slagnet ,daarvan waren er wel een paar aanwezig.
Stonden we als kleine jongen te snoeken en enkele meters achter ons stonden de slagnetten ,als er dan mensen langs kwamen had je het wel even benauwd ,behalve mijn vader , gewoon doorvissen ,zien ze toch niet hoorde je dan.
Zelfde met de wilde konijnen was je papestoelen (paardenbloemen) voor de Vlaamse reuzen aan het steken met onder in de jutte zak een paar gestrikte konijnen en dan kwamen de wouten (agenten) ,wat heb je in die zak ?.,papestoelen en gras meneer ,voor onze konijnen , o. dan is het goed.
.
.........De Pen........
Ik ben een groentje in het houden van vogels, konijnen en hoenders en ik kom uit Limburg. Daar zou ik het bij kunnen laten, maar het is niet waar. Ik kom daar zo op terug U heeft inmiddels kennis kunnen nemen van enige correspondentie tussen uw secretaris Freek en mijzelf en heeft u mogelijk gelezen dat ik me gecommitteerd heb middels het hoofdstukje "De Pen" , een fenomeen dat in veel verenigingen wordt gewaardeerd en kennelijk in het verleden ook gehanteerd werd binnen uw vereniging. Maar als gast van uw club zal ik me eerst eens voorstellen. Mijn naam is Rien Boll. Omdat de naam Rien in Limburg meestal als meisjesnaam wordt gebruikt......ik ben een man van 75 jaar, geboren en getogen in Utrecht en sinds 5 jaar weduwnaar na een huwelijk van 48 jaar. Zo, dus helemaal onbekend ben ik bij u intussen niet meer. Maar allereerst wil ik uw bestuur en U als leden van de E.U.K.V. feliciteren met het 110-jarig bestaan van uw vereniging waar onlangs bij is stilgestaan. Graag wil ik hierbij de donateurs betrekken. U heeft intussen begrepen dat mijn grootvader, vader, oom en broer (bestuurs-)leden waren van de E.U.K.V. in het grijze verleden. Oh ja, u wilde weten hoe ik als Utrechter in Limburg verzeild geraakt ben en misschien wilt u dan ook gelijk wel weten hoe een Utrechter, wonende in Limburg op het idee komt, zomaar ineens contact op te gaan nemen met Freek. Ik ga het u vertellen. Ik neem u mee naar mijn jeugd waar ik opgroeide tussen vogels, Harzer zangkanaries. Zowel mijn opa als mijn vader waren gepassioneerde kwekers van Harzer kanaries. Vond ik dan vroeger de hobby van mijn opa en vader ook al zo leuk? Nee, helemaal niet. Ik herinner me nog als de dag van gisteren het schoonmaken van al die inzetkooien en het dagelijks verwijderen, afwassen en vullen van de water- en voerbakjes. Voor zover ik mij herinner, minstens 50. En dan het regelmatig plaatsen van al die inzetkooien door de hele huiskamer! Ja, want die kanaries moesten er aan wennen op allelei onbekende plaatsen hun zangkunst te vertonen daar zij bij wedstrijden binnen een bepaalde tijd hun zangkunsten ten gehore moesten brengen. Op een avond viel mij opeens de naam van de E.U.K.V. in en nieuwsgierig geworden maar eens gegoogled en ziedaar, de club die ik al vanaf de 50-er jaren had leren kennen bestond zowaar nog steeds. Ik heb de site met veel belangstelling gelezen en zag foto's uit het verleden en vielen mij foto's mijn grootvader op waarvan de naam kennelijk niet meer bekend was. Toen ben ik in de pen geklommen en heb uw secretaris benaderd. Al vroeg had ik mijn eigen volière en hield ik mij bezig met de kweek van kromsnavels, te beginnen met een koppel wildkleur Valkparkieten. Dus het omgaan met gevleugelde vrienden is mij met de paplepel ingegoten. In 1962 ben ik beroepsmilitair geworden bij onze Koninklijke Luchtmacht en heb na mijn 3-jarige opleiding, destijds in een paar jaar vele plaatsingen gehad door heel Nederland. In 1966 behaagde het de Minister van Defensie om mij tewerk te stellen in Fontainebleau in Frankrijk in de buurt van Parijs, waar een NAVO Hoofdkwartier gevestigd was. In datzelfde jaar besloot de toenmalige Franse president De Gaulle dat de in Frankrijk gevestigde NAVO hoofdkwartieren zich buiten Frankrijk moesten gaan vestigen. Ik kwam in maart 1967 in Brunssum terecht, een slapend dorpje in de buurt van Heerlen, waar zojuist besloten was de steenkolenmijn te sluiten en in de oude mijngebouwen één van de Hoofdkwartieren te huisvesten. Zo kwam ik dus in Limburg terecht. Na vele jaren geen mogelijkheden te hebben gehad om vogels te houden heb ik deze hobby weer opgevat in 1970 nadat ik ontslag had genomen als militair en daar een burgerfunctie ging bekleden tussen de 2000 militairen van vele nationaliteiten en kreeg ik de mogelijkheid om mijn hobby uit te breiden, zelfs met hoenders en konijnen omdat ik niet meer overgeplaatst zou worden. Eerst op redelijk aanvaardbare schaal, maar het duurde niet lang of ik had 30 konijnenhokken voor mijn Nederlandse Hangoordwergen, 8 (buiten) volières voor mijn Rosellasoorten parkieten en een flink kippenhok waar ik weliswaar raskippen hield, maar van alles wat zoals grote New Hampshires, Australorps, Wyandottes en Barnevelders. In 1985 werd het serieus en ben ik lid geworden van een zojuist in Brunssum opgerichte gemengde kleindierenvereniging, de KPSV Brunssum. (Konijnen-, Pluimvee- en Sierduiven Vereniging) In 1994 verhuisde ik naar mijn huidige woonplaats Sint Joost, gemeente Echt-Susteren, tussen Sittard en Roermond waar ik nog steeds woon. Intussen verstandiger geworden heb ik mij geconcentreerd op het fokken van alleen (zwarte) Australorps, de Nederlandse Hangoordwerg en in bescheiden mate met kleinere soorten parkieten in binnenvolières. In 2003 brak de vogelpest uit en ondanks dat er bij mij geen zieke kippen werden geconstateerd, moesten die dieren door Overheidsmaatregelen toch worden geruimd. Dat heeft mij dermate aangegrepen dat ik mij de jaren daarna op het fokken van Nederlandse Hangoor Dwerg konijnen heb toegelegd en geen nieuwe kippen meer heb aangeschaft. Verder hield ik mij bezig met het kweken van Splendid-, Bourke-, Roodrug-, enz. parkieten.Maar u zult het herkennen, het bloed kruipt.........enz.. Direct na mijn verhuizing werd ik lid van een pas opgerichte lokale vogelvereniging die dringend een voorzitter zochten. Dus heb ik die functie aanvaard. Dus zo'n groentje ben ik nu ook weer niet in het fokken van kippen, konijnen en het kweken van vogels en ja, ik woon dus in Limburg, maar kom er niet vandaan. Maar ik woon er intussen dus ruim 50 jaar. Om eerlijk te zijn voel ik me intussen Limburger tussen de Limburgers, hoewel ik voor hen "de Hollander" en dus import blijf. Inderdaad bleef het houden van kippen kriebelen. Ik had mijn nachthokken uit 2003 nog steeds niet afgebroken en gebruikte die als opbergplaats voor mijn tuingereedschap. Maar als je dan opnieuw met kippen wil beginnen, waar kies je dan voor? Ik had mij al jaren bekwaamd in het schrijven bij zowel konijnen- als kippenkeurmeesters tijdens tentoonstellingen en ik heb een scala van prachtige dieren voorbij zien komen, zonder dat een bepaald ras mij erg aansprak. Maar de wonderen zijn de wereld nog niet uit en gelooft u in toevalligheden? Een jaar of 7 geleden maakte ik een busreis naar Wenen, alleen. Mijn vrouw was niet in staat te reizen en mijn 2 dochters vonden dat ik als mantelzorger er maar eens een weekje tussenuit moest gaan omdat ze vreesden dat bij mij het lijntje zou breken. Maar die reistouringcars zijn op echtparen ingericht. Dus kwam er een aardige man naast mij zitten die ook alleen reisde, een Groninger bleek te zijn, maar in Gasteren in Drenthe woonde. Gedurende de lange rit kwamen wij in gesprek en wat is nou leuker dan over de hobbies te praten. Wat bleek? Die man had thuis kippen voor de eitjes, Groninger Meeuwen, zilverpel groot. Daar had ik nog nooit van gehoord en nooit gezien. Met die man afgesproken met de pc contact met elkaar te houden en thuis heb ik me in zijn ras verdiept en gelezen dat dit een niet veel voorkomend ras in Nederland was. Ik heb toen met deze man afgesproken om zijn kippen te komen bekijken omdat ik voor de Noordshow in Assen, dus in zijn buurt was. Ik was meteen geïnteresseerd. Ik kwam vervolgens op deze grootste Nederlandse kleindierenshow een grote selectie Groninger Meeuwen tegen, mijn volgende ontmoeting met het ras. Daar ik ook lid was van de Nederlandse Hangoor Dwergen Speciaal Club had ik mij opgegeven om in het Openlucht Museum in Arnhem tijdens de manifestatie Beleef Landleven een stand te bezetten en die konijntjes te promoten. En wie staat naast mij in een stand? U raadt het al.........de stand van de Groninger Meeuwen Speciaal Club. Ik kreeg uitgebreide informatie over zijn raskippen, maar ik kon hem niet in mijn konijnen geinteresseerd krijgen, maar ik hebbroedeieren van de Groninger Meeuwen in mijn broedmachine uitgebroed. Daar het ras in Limburg onbekend is, probeer ik samen met nog één Limburgse fokker het ras in België en Limburg van de grond te krijgen. Hoewel ik door de jarenlange intensieve verzorging van mijn vrouw eigenlijk te weinig tijd had voor mijn hobbies, is het mij niet slecht vergaan. Maar mijn vogelclubje bleef zoals overal, afbrokkelen. De vergrijzing heeft hard toegeslagen. In tijd van 10 jaar zijn ons10 leden.ontvallen. Wij hadden een aantal wildzang kwekers, die door de gewijzigde regelgeving van de overheid zijn gestopt met de hobby. Doordat per 1 januari van dit jaar het buurthuis waar de vereniging was opgericht en de vogelbeurszen en tentoonstellingen werden gehouden, door gebrek aan vrijwilligers werd gesloten, vonden de leden dat we per dezelfde datum onze vereniging maar moesten de-activeren. Helaas. Ik wens u allen een mooie tijd tussen de prachtige dieren en veel succes met de kweek en met de competitie later in het jaar. Als gast geef ik de pen terug, misschien wel aan een lid van uw vereniging, zodat de leden zich onder elkaar nog beter leren kennen. Is eens iets anders dan Facebook. Dat laten we aan de jeugd over, toch? Met vriendelijke sportgroeten, Rien Boll. Sint Joost.
BINNENGEKOMEN MAIL VAN EEN BELGISCHE VOGELLIEFHEBBER
een compliment voor al de leden van de EUKV
Van: Alfons Reynders [mailto:fonsreynders@skynet.be]
Verzonden: maandag 22 februari 2016 17:53
Aan: mulderco@kpnmail.nl
Onderwerp: Liefhebbers
Hallo Ik heb eens rond gekeken op jullie site en ik ben helemaal overdonderd, hoe dat jullie alles aan elkaar vertellen en mekaar helpen dat overtreft alles, het kan niet anders dat jullie een zeer aangenaam en een leerzaam clubje zijn, dat heb ik zelf nog nooit gezien, zelfs nog niet van gedroomt een dikke proficiat aan iedere liefhebber.
Ik ben kweker van een exoten soort maar bij ons in de club is er veel jalozie onder de liefhebbers, er worden te veel groepjes gevormd en dat vind ik zeer jammer, en ook het is levensgevaarlijk om bij ons in de club een vogel te kopen van een andere liefhebber, 9op10 ben je er aan voor de moeite en weg vogel en weg centjes.
Als ik op de bijeenkomsten kom zegde ik vroeger altijd wat ik tegen gekomen was goed of slecht ik zegde het altijd, maar daar ben ik van terug gekomen, waarom omdat ik altijd alleen was die iets durfde te zeggen dat het slecht was of het beter kan er werd wat mee gelachen en dat was het een helpent woord heb ik nooit gehad, een clubje dat moet samen hangen en leren van iedereen want elk een van ons komt wel eens iets tegen dat goed of slecht is.
Jammer dat ik in België woon anders werd ik meteen lid van jullie club in Utrecht.
Nog heel veel plezier met de club en de leden
. Mvrg. Alfons.
PS Inmiddels is Alfons lidvan onze vereniging geworden Hartelijk welkom.
E.U.K.V. bestaat in 2019, 110 jaar .
Nog even en dan is het zover, de Eerste Utrechts Kanarie Vereniging viert in 2019 haar 110 jarig bestaan.
Opgericht 17 februari 1909 te Utrecht.
Op zondag 17 februari 2019 zullen we dit met de leden bescheiden gaan vieren ,verder zal heel 2019 in het teken staan van ons 110 jarig bestaan.
Onze vogelbeurzen en natuurlijk de onderlinge tentoonstelling zullen een feestelijk tintje krijgen.
De E.U.K.V. is door de jaren heen een gerenommeerde vogelvereniging geweest ,met diverse landskampioenen en wereldkampioenen in de gelederen , ook waren we regelmatig clubkampioen op de diverse wedstrijden.
Wetende dat begin 1900 alles begon met de zang van de Harzer kanarie en dit een vlucht kreeg naar diverse kleurslagen Kleurkanaries, vele rassen Postuurkanaries ,Waterslager en de Exoten en Kromsnavels.
Begrijpelijk is het dan ook dat veel verenigingen het woord kanarie in hun benamingen hebben ,heden ten dagen zou vogelvereniging beter passen.
De E.U.K.V. was in 1953 medeorganisator van de wereldtentoonstelling welke werd gehouden in het Oranje huis, Nieuwekade 30 te Utrecht.
Ook willen we u een bezoek aan onze website aanraden, vooral in de rubriek E.U.K.V. in vroegere tijden staan leuke foto's ,verhalen advertenties enz.
Onze vraag is dan ook ziet u voor u bekende personen op deze foto's geeft u de naam even door aan het secretariaat van de vereniging.
Alle namen van de afgebeelde personen zijn nog niet bekend ,maar we schieten op.
Wilt u eens kennis maken met onze vereniging loop dan eens binnen op een vogelbeurs, 3e zondag van de maand of op onze onderlinge vogeltentoonstelling.
Adres Oregondreef 33 te Utrecht.
Voor informatie over de vereniging www.eukv.eu of 030-2421782.
Groeten namens de E.U.K.V. ,secretaris Freek Luider.
Wat te doen na mijn pensioen ?
Aankomende jaren zullen veel mensen de pensioengerechtigde leeftijd gaan bereiken en zullen denken wat nu ?
Voor hobby's of een of andere vrijetijdsbesteding was geen tijd, of werd geen tijd vrijgemaakt.
Wat dreigt is het befaamde zwarte gat, of de geraniums.
Daar kan nu verandering in komen, door je te oriënteren op de markt,wat is er en wat vind ik leuk om te doen.
Vrijwilligerswerk?, tuinieren?, wat meer de natuur in ?, er is genoeg waarmee de dag gevuld zou kunnen worden.
Het houden van vogels behoort natuurlijk ook tot de mogelijkheden, dit kan d.m.v. een vogel als gezelschapsdier in de huiskamer, een gezelschap volière met hierin natuurlijk een niet teveel aantal aan kleurrijke vogels die elkaar prima verdragen.
Ook is er de mogelijkheid tentoonstellingsgericht vogels te gaan houden, de mogelijkheden hiervoor zijn ongekend.
Het leuke hieraan is dat je als liefhebber vogels kunt kiezen hiervoor welke je persoonlijke voorkeur genieten.
Wij van de Eerste Utrechtse Kanarie Vereniging staan met onze kennis op het gebied van vogels tot uw beschikking, vragen over huisvestiging,voedering , vogelwelzijn, kweek enz.
U kunt ze stellen en we doen ons best een passend antwoord te geven hierop.
De E.U.K.V. staat al ruim 100 jaar op de vogellandkaart en hoopt hier nog lang op te blijven.
Heeft in interesse in de vogelsport en wilt u wat meer hierover weten, loop gerust even binnen op een verenigingsavond de
1e dinsdag van de maand, of op een van onze maandelijkse vogelbeurzen ,of onderlinge tentoonstelling.
Ook ligt hier een kans voor onze vogelliefhebberij, de jeugd (mag het eigenlijk niet zeggen) lijkt me voorlopig verloren voor onze mooie hobby, dus laten we proberen de wat ouderen onder ons bij onze vogelsport te betrekken.
Dit is natuurlijk iets wat we met zijn alle zullen moeten proberen, leden zullen ook hun schouders er onder moeten zetten en mensen enthousiasmeren voor onze mooie vogelsport en onze vereniging natuurlijk.
Hopende U eens te mogen ontmoeten op een van onze activiteiten.
Secretaris E.U.K.V. Freek Luider.